Het complete gebit van een dwergpoedel bestaat uit 42 tanden en kiezen.

Het wisselen van het melkgebit naar het definitief gebit begint op 3 ½ à 4 maanden leeftijd. 

Als eerste wisselen de middelste snijtandjes boven en als laatste de hoektanden.

Op ongeveer 9 maanden moeten alle melktanden gewisseld zijn. 

De blijvende tanden zijn duidelijk breder, groter en sterker dan de melktandjes.

De melktandjes vallen uit door het feit dat de nieuwe blijvende tanden ze omhoog en los duwen. De jonge hond zal dit bevorderen door op alles te kauwen en te kluiven.

Tijdens het wisselen kan de eetlust van de pup wat teruglopen en kan hij zich wat minder goed in zijn vel voelen.

Geregeld eens de tanden poetsen met een gewone harde tandenborstel is geen overbodige luxe.

Ook harde brokken of een goed kauwbot zorgen voor een behoorlijke reiniging van de tanden.

Ook de oren van een dwergpoedel moeten regelmatig verzorgt worden.

Een dwergpoedel heeft namelijk hangende oren en deze zijn gevoeliger voor oorontstekingen.

Ook een sterke haargroei in de buitenste gehoorgang kan oorontstekingen doen ontstaan. Het is daarom noodzakelijk dat deze haartjes met een speciaal pincetje worden uitgetrokken. Zo’n pincetje kan je vinden in de betere dierenzaken. Trek steeds een klein plukje haren met een voorzichtige ruk uit. Hierna kan je de oortjes wat inpoederen met oorpoeder.

Na een zwembeurt of bad maakt men best ook de oren goed droog.

Als het oor van de dwergpoedel erg bevuild is met oorsmeer dan kan je met een wattenstaafje gedoopt in baby-olie het oor schoon maken. Een goede oorhygiëne is dus van groot belang.

Dwergpoedels die geregeld op zachte ondergrond lopen zullen hun nageltjes onvoldoende afslijten. Daarom moeten de nagels minimum 1 keer per maand gecontroleerd en zonodig geknipt worden.

Het knippen kan met een speciale nageltang gebeuren.

Men mag niet te kort knippen zodat "het leven" niet beschadigd wordt. "Het leven" is een roodachtige streep in de nagels die bij lichte teennagels beter zichtbaar is dan bij donkere nagels. 

Beschadiging van "het leven" kan behoorlijk bloeden en pijnlijk zijn.

Naast knippen kan men ook de nageltjes vijlen met een nagelvijltje.

Vergeet vooral het 5de teentje niet aan de voorbenen zodat deze niet gaan ingroeien.

Net onder de anus zitten 2 kleine klierzakjes en deze anaalklieren scheiden een bepaalde hoeveelheid zeer onwelriekende, olieachtige vloeistof af. Deze vloeistof kan gebruikt worden om eventuele belagers af te schrikken. Net als een bunzing en andere stinkdieren kan een hond deze vloeistof uitspuiten om zo zijn aanvallers af te schrikken.

Omdat de dwergpoedel nauwelijks nog vijanden heeft worden deze anaalzakjes zelden nog geledigd en daardoor kan er een vochtophoping ontstaan. 

Om een ontsteking te voorkomen kan het dus nodig zijn om de anaalzakjes te ledigen.

Als men de dwergpoedel met zijn achterwerk over de grond ziet schuren (sleetje rijden) dan kan het nodig zijn om de anaalklieren eens te (laten) ledigen.

Ter info: Het "sleetje rijden" wordt meestal verkeerdelijk geassocieerd met het hebben van wormen.

De pootjes van een dwergpoedel maken een heleboel mee op een dag: asfalt, beton, modderig gras, gravel en misschien wel gebroken glas. Hondenpoten kunnen daar allemaal wel tegen, maar toch is het best om de pootjes geregeld eens te controleren.

Als je gaat wandelen, let dan op of je dwergpoedel niet mank loopt, met zijn pootje trekt of eraan likt.

Controleer als je thuiskomt op scherpe voorwerpen of wondjes. Als je iets vindt, kun je dat met een pincet verwijderen.

In lang haar kan veel vuil verborgen zitten, dus let erop dat het haar tussen de tenen en nagels van je dwergpoedel niet te lang wordt. Als je dwergpoedel niet vaak op harde oppervlakken loopt, moet je waarschijnlijk af en toe zijn nagels knippen, anders wordt het lopen pijnlijk voor hem.

In de winter moet je oppassen voor strooizout en grit want dit kan branden in de kussentjes van de pootjes – ook hun bek en hun buik als ze vervolgens aan hun pootjes likken. Dus droog de pootjes goed af bij thuiskomst en controleer of er geen zout of grit tussen de kussentjes zijn achtergebleven. 

Dagelijks insmeren met vaseline werkt verzachtend voor droge of gebarsten kussentjes.

Op dagen dat het vriest of heel winderig is, kunnen de pootjes, neus en oren van je dwergpoedel echt bevriezen. Een goed passend jasje is dan perfect voor de meeste situaties, maar als je veel buiten in de sneeuw met hem loopt, zou je op zoek kunnen gaan naar laarsjes om zijn pootjes te beschermen.

Tranende ogen kunnen vooral bij dwergpoedels met een lichte haarkleur zorgen voor verkleurende haren onder de ogen.

Normaal gezien wordt het traanvocht afgevoerd via het nasolacrimale kanaal dat van de ogen naar de neus loopt.

Daarom hebben gezonde dwergpoedels over het algemeen gezien een natte, vochtige neus. Traanvocht kan zich echter ook opstapelen in het kanaal tussen de ogen en de neus, dat verstopt of ontstoken raakt. In plaats van afgevoerd te worden stapelt het vocht zich op onder de ogen en dit zorgt dan voor tranende ogen.

Een infectie (zie het als een verkoudheid door bijv. tocht) kan de oorzaak zijn maar ook een link met het gebit of de oren kan zorgen voor verstopte traanbuisjes. Zeker bij jonge dwergpoedels die wisselen van tanden komt het vaak voor.

Naast hormonale veranderingen veroorzaken ook stress, een hogere luchtvochtigheid, rook, veel wind, plastic waterbakken en voederkommen, een hoge aanwezigheid van mineralen in het water, haren in de ogen of irriterende stoffen vaak tranende ogen. Ook een allergie voor een bepaalde voeding kan de oorzaak zijn. Zo zijn er veel dwergpoedels die allergisch reageren op rundsvlees, kip, eieren, soja, maïs en zuivel.

Enkele oplossingen tegen tranende ogen zijn:

• Gebruik van specifieke producten om de ogen te reinigen.

• Wijzigen van voeding (vb. overstappen naar voeding zonder granen).

• Wijzigen van drink- en eetbak.

• Geven van fleswater i.p.v. kraantjeswater.

• Zorgen voor een stof en tochtvrije omgeving.

Alles hangt dus af van de oorzaak en soms is een bezoek aan de dierenarts noodzakelijk om een oplossing te vinden.

Naast tranende ogen kunnen zich ook korstjes vormen in de ooghoekjes van een dwergpoedel en deze kan men best weghalen met een nat plukje watten.

Stof of zand kan men best verwijderen met vochtige watten door te wrijven in de richting van de neus. Gebruik wel voldoende vocht.